In Nabijheid
Als we maar lang genoeg stil zijn zullen we vanzelf
naakt worden, gaan bestaan voor iets anders
zoals alle ruimtes die niet geleefd,
niet bekeken worden
nu bestaan voor iets anders.
(Gershwin Bonevacia, Een Wereld Zonder Mensen, 2020)
Dit project ontstond vanuit de stilte rondom de Covid-19 crisis, en de daaropvolgende ruimte gecreëerd door het wegvallen van een groot deel van de programmering van de Nationale Opera. Het was in deze periode dat wij, drie jonge theatermakers en een componist, een vreemde gewaarwording hadden. We werden gevraagd om ons te verhouden tot een opera (Aida door Giuseppe Verdi, 1871) die een ouderwets en schadelijk imperialistisch discours bevatte, terwijl we buiten aan het protesteren waren bij de demonstraties rondom Black Lives Matter. Het verleden is niet voorbij. Het toenmalige bestaande discours is nog steeds aanwezig in onze maatschappij, en zorgt voor ongelijke posities die we hebben ten opzichte van elkaar. Het privilege dat wij dan ook hebben om deze opera op te kunnen voeren zonder een standpunt in te hoeven nemen, leidde tot de volgende door onze groep geformuleerde uitgangspunt:
“Binnen een systeem dat inherent ongelijk en onrechtvaardig is, is niets doen bijdragen aan deze ongelijkheid. Wij voelen dat het onze verantwoordelijkheid is om iets te doen, zonder het antwoord te weten, bereid te falen en bereid het beter te doen.”
Op geen enkele manier hadden we de illusie een antwoord of oplossing te kunnen vinden voor dit onderwerp. Echter, waren we er wel van overtuigd dat we iets moesten doen. We vonden inspiratie in de Vietnamese filmmaakster Trith T. Minh Ha (1953). Zij verzet zich tegen het binaire westerse denken van de Verlichting, dat mensen van elkaar onderscheidt op basis van bijvoorbeeld gender en huidskleur. In plaats daarvan praat ze niet over mensen alsof ze zich onderscheiden ten opzichte van elkaar of hun omgeving, maar als “forces that coexist and mutually sustain each other.” (‘There is No Such Thing as Documentary’ in Reality is Delicate by Erika Balsom, 2018). Na intensief praten en denken, kwamen wij uiteindelijk bij het concept van de ‘ontmoeting’ als artistieke strategie, zowel in ons artistiek product als in de manier waarop we dit project hebben aangevlogen.
Een ontmoeting is een situatie waar twee of meer mensen elkaar tegenkomen. In een ontmoeting creëer je samen een ruimte waarin een dialoog plaatsvindt en een gesprek wordt gebouwd, muzikaal, fysiek als tekstueel. Wanneer we iemand ontmoeten kan dit de aanwezige hiërarchische en ongelijke machts-structuren blootleggen. Als deze structuren herhaald zouden worden, zou de ontmoeting gevaarlijk kunnen zijn. Maar als we daarentegen kwetsbaar worden, kan de ontmoeting juist de mogelijkheid creëren deze machtsstructuren te bestrijden. Zou jezelf kwetsbaar opstellen een wapen kunnen zijn om los te maken wat vast zit? Juist omdat het geen antwoord is, maar een beweging en een actie. Ontmoeten gaat over ruimte geven en ruimte nemen. De frictie die hierin ontstaat is een ruimte op zichzelf. Als elke ontmoeting de potentie heeft een nieuwe ruimte te creëren, vormt elke ontmoeting een mogelijkheid om het anders te doen.
Los van de ‘ontmoeting’ als een creatief concept om iets te gaan maken, hebben we het ook concreet toegepast toen we zochten naar samenwerkingen in dit project met verschillende artiesten. Wat betreft de samenwerkingen, was het zeer belangrijk voor ons om de tijd te nemen dit project en onze persoonlijke motivatie uit te leggen, om kwetsbaar en oprecht te zijn tegen de mensen die we hebben benaderd.
Op vimeo is deze voorstelling nog te zien. Met het wachtwoord OFFYOUGO.
Terwijl we onderzoek deden naar Black Lives Matter en alles wat erover geschreven werd, kwamen we in aanraking met de poëzie van Gershwin Bonevacia, Stadsdichter van Amsterdam. Los van dat we zo geraakt werden door zijn gedichten, merkten we dat zijn poëzie een gelaagdheid had die leidde tot lange discussies, precies het soort gelaagdheid die we zochten als tekst voor dit project.
Gershwin Bonevacia:
Waarom wilde je meedoen aan dit project?
"Wat ik tof vond aan het project, was een zoektocht naar een kruisbestuiving vanuit een poëtische basis. Daar kan veel schoonheid in gevonden worden. Verder spreekt het klassieke gehalte wat opera heeft, in combinatie met andere disciplines, zonder het makkelijk of geforceerd te maken mij ook erg aan. En daarnaast, vond ik het ook erg tof dat jullie vanuit de demonstraties rondom Black Lives Matter de afgelopen zomer een gevoelde noodzaak hadden echt iets te willen doen. Dat jullie zagen dat nu het moment is gekomen om een stap te zetten die hopelijk niet eenmalig is, maar juist bedoeld om iets duurzaams neer te zetten, en het onderzoek naar wat wel en niet werkt en de kruisbestuiving blijvend kan worden opgezocht.”
Wat kan de rol zijn van poëzie in deze kruisbestuiving? In de ontmoeting van verschillende disciplines?
"Poëzie kan op een hele mooie manier iets universeel maken. In poëzie kan je een verhaal delen met elkaar, dat taal kan overstijgen, waarbij iedereen die het hoort zich ergens in het gedicht kan herkennen. Dat je wat je niet tegen elkaar durft te zeggen, door middel van poëzie toch kan vertellen. Met poëzie kan je iets op je eigen of andere manier belichten. Je kan er in schuilen, je kan iets, dichtbij, zichtbaar maken en kwetsbaar. Met poëzie kan je alle kanten op.”
Verder benaderen we ook Black Harmony, een koor dat Afro-Surinaamse liederen zingt. Nadat we ze zagen zingen tijdens de demonstratie van Black Lives Matter in het Nelson Mandelapark in Amsterdam Zuid-Oost, en we zeer onder de indruk waren, contact met ze hebben genomen en met ze in gesprek gegaan in het Bijlmerpark theater. Uit het gesprek bleek dat zij net als wij hun stem gebruiken om een missie te volbrengen, maar dat zij deze missie vormgeven vanuit een geheel eigen gedachtegoed over de Afro-Surinaamse muziek. Hieronder volgt een gesprek met Orlando Ceder, muzikaal van Black Harmony.
Waarom wilden jullie met het project meedoen?
De reden dat wij met dit project mee wilden doen ging om een stukje voldoening en erkenning. Namelijk: De Nationale Opera zien ons en we zien elkaar. Als je kijkt naar de repetities die vooraf gingen aan dit project: beide koren (DNO koor en Black Harmony, red.) maken muziek, we doen hetzelfde alleen hebben een geheel andere werkwijze. Mijn heren kunnen geen noot lezen, maar we doen wel iets gezamenlijks. Het is blijkbaar niet nodig om dezelfde werkwijze te hanteren om mee te kunnen doen, en wij voelden ons gerespecteerd in onze eigen werkwijze.
Wat is de rol van muziek voor jou in dit project?
Muziek is een universele taal die iedereen spreekt, en is overal om ons heen. Als je over straat loopt hoor je geluid, en als je die geluiden mengt, en er ritme ontstaat, wordt het muziek. Het zit ook in ons, want je hart klopt op dit moment, dat is een vorm van muziek. Muziek is meer dan iets wat mensen creëren: het is iets dat de wereld creëert. De slogan van Black Harmony is: ‘Let Our Music Touch Your Soul.’ Voor ons is muziek een vertaler van emoties en gevoelens maar niet gelinkt aan emoties of gevoelens van één persoon. Opera is ontstaan in een poging om om in contact te komen met het goddelijke, het is als het ware muziek naar God toe. Wij (Black Harmony), doen niets anders dan zo’n poging: we proberen met muziek een connectie te maken met een bron die wij niet zien met het blote oog. Muziek is een vertaler van energie, en energie heeft geen kleur. Tijdens het laten zien van de energie, kan je je overeenkomsten met elkaar vergelijken. In de wereld waar we nu in leven waarin zoveel verschillen zijn, kan muziek ervoor zorgen dat de verschillen elkaar tegemoet komen.
Muziek is mijn bron van inspiratie en de manier om met mijn voorouders te communiceren. Het is iets van mijn voorouders geweest om alles via muziek te vertalen, zodat wij 157 jaar na de afschaffing van de slavernij in Suriname, nog steeds de nummers kunnen zingen die zij als tot slaaf gemaakten zongen op de plantages. Voor ons in Black Harmony zijn deze traditionele nummers de inspiratie en fundering, maar wij geven er onze eigen draai aan die past bij de huidige tijd. De liederen worden nog steeds gezongen binnen de Afro-Surinaamse gemeenschap omdat er een zeer sterke orale traditie bestaat waardoor we ze meekrijgen, en bovendien is de slavernij slechts 157 jaar geleden afgeschaft. De liederen worden nog altijd gezongen op verjaardagen of andere sociale gelegenheden. Voor mij is het iets normaals, het is er met de paplepel ingegoten. Mijn opa was zanger en mijn moeder zong, en ik ga elk jaar naar Suriname. Het valt terug te leiden naar de Afrikaanse cultuur: neem bijvoorbeeld Anansi: het verhaal komt uit West-Afrika. Wij vertellen dezelfde verhalen. Omdat Suriname veel verschillende bevolkingsgroepen kent, zeg ik om het specifiek te maken daarom ook altijd tegen mensen dat wij de Afrikaans-Surinaamse traditie hebben.
Wat is de betekenis van Doifi (het lied in dat Black Harmony zingt in In Nabijheid?
Doifi is een medley waar verschillende nummers in zitten. Sommige woorden kunnen niet één op één vertaald worden dus het is belangrijker om de strekking te begrijpen dan een letterlijke vertaling te lezen. Het is een van de nummers binnen de Afro-Surinaamse cultuur, en komt vanuit de geloofsovertuiging Winti. Binnen Winti wordt er een connectie gemaakt met onze voorouders die op de plantages leefden als tot slaaf gemaakten. Zij hadden een vorm gecreëerd genaamd “banya”. Dit is een avond waarbij diverse onderdelen aan bod kwamen om verhalen te vertellen over wat ze meemaakten op de plantages, hun relaties tot de slavenmeesters of de tot slaaf gemaakten.
Doifi is een van de nummers die wat later werd gecreëerd. De strekking van het nummer is dat je het verleden niet moet vergeten, omdat het heden een effect heeft op jouw toekomst en verleden. Wat jouw voorouders hebben achtergelaten, is achtergelaten met een reden. Of het verleden nou positief of negatief is, het heeft een effect op de toekomst. Oorspronkelijk heette het nummer Doifi Jongu: jonge duif. Het is een metafoor gericht aan een jong iemand die op ontdekkingsreis is in de wereld namelijk: je moet niet alles opeten, (“je moet de zaden die de jonge duif opeet, bewaren”) zodat de ouderen die er nog zijn de kracht hebben om jou dingen bij te brengen.
In OSCAM, the Open Space Contemporary Art Museum Amsterdam Zuid-Oost, ontmoetten wij Allysia van Duijn, een jonge modeontwerper die de kostuums voor In Nabijheid gemaakt heeft .waren zeer onder indruk over de manier waarop ze over haar kleding sprak, en de materialen die ze in haar kleding gebruikt zoals bijvoorbeeld hout.
Allysia van Duijn:
Waarom deed je mee aan dit project en wat vond je inspirerend?
“De kritische blik op de originele Aïda van Verdi, en de noodzaak die de makers van dit project voelden om vlak na de BLM demonstraties het stuk een eigentijdse draai te geven, vond ik inspirerend en sprak mij enorm aan. Daarnaast werkte de passie, de oprechte intentie en het enthousiasme van de makers aanstekend waardoor ik snel overtuigd was om mee te werken aan dit mooie project.”
Wat is de rol en kracht van kleding binnen het onderwerp van de ontmoeting?
“Beide koren ontmoeten elkaar in dezelfde elementen en kleuren in hun kleding. Er zijn duidelijke overeenkomsten in wat beide koren dragen, wat ze symbolisch bij elkaar brengt, maar tegelijkertijd is elk ontwerp uniek en versterkt het de identiteit en hun culturele achtergrond.”
Foto's Kim Krijnen
Credits
Muziek
Silvia Lanao
Regie
Stijn Renger Dijkema
Scenografie en beeldregie
Han Ruiz Buhrs
Dramaturgie
Isabel van Hauwe
Tekst (De Verbonden Stad en Een Wereld Zonder Mensen)
Gershwin Bonevacia
Kostuum
Allysia van Duijn
Dirigent
Coen Stuit
Repetitor koor DNO
Klaas-Jan de Bruijn
Black Harmony
Orlando Ceder
Jamal Bijnoe
Morenzo Bruma
Derillio Alexander
Jurmen Macnack
Koor De Nationale Opera
Bora Balic Bas
Thomas de Bruijn Tenor
Milan Faas Tenor
Matthijs Mesdag Bas
Fabian Homburg Bas
Danser
Dan Radulescu
Stem
Danny Westerweel
Vertaling Sranantongo
Guus Pengel
Techniek en organisatie
Cameraregie en montage
Maurice Angenois
Camera
Fjodor de Lange
Hans Heijmering
Geluidsopname en mixage
Arjan van Asselt
1e Belichter
Peter van der Sluis
projectleider
Eva van Dieën
productieleider
Kirsten Visser
Productievoorbereider
Puck Rudolph
Opnameleiders
Marie-josé Litjens
Emma Eberlijn
Merel Francissen
Hoofd EPP
Mechteld van Gestel
Artistiek leider Opera Forward Festival
Anthony Heidweiller
Met dank aan
OSCAM - Open Space Contemporary Art Museum
Sophie de Lint